Wijnaldum | fibula, dwaratsbongel, keatsebal
Dit verhaal over Wijnaldum begint bij de terpbewoners en hun fibula. Het houdt op bij het tot nu toe grootste succes van 'De Keatsebâl: de winst van Ynze, Piet en Sjouke op de Bonds- wedstrijd van 1937.
Né frjeonen, dit wirdt net it forhael fen d'iene of d'oare brike set, om met meester Klaas Haakma te spreken.
Voor dit boekje bestaat een goed excuus: de kaatsvereniging viert dit jaar haar eeuwfeest op Het Morgen van de kerk en in de Harne van boer Bruining. Jammer alleen dat Dirk Ynzes, Jan Dirks, Ynze Pieters, Dirk Reinders, Reinder Dirks en al die andere helden van de groene zoden er niet bij zijn. Arbeider Romke Veersma hoeft nooit meer te braken. De onbekend gebleven bijgelovige boer die bang was om 's maandags zijn koeien te verweiden mag het voor altijd laten. Maar asman Bouwen Bijlsma mag gerust nog wat stenen kloppen, als hij dat graag wil. En dwarsbongel Jan Beek? Die heeft over het kaatsen van de jongventen op de Buorren helemaal niets meer te vertellen.
