Welkom in Klooster-Lidlum
Het Praemonstratenser klooster Lidlum werd in 1182 gesticht door Sibo die in niet ver van de zee in Barradeel leefde en Tjalling Donia van Bonneterp bij Winsum. Het klooster Vallis Mariae 'Maria Dal' was een dochterklooster van Mariengaarde. Aanvankelijk werd het klooster dichter bij het Wad gebouwd, aan de Kapellewei, maar het opdringen van de zee maakte verplaatsing dieper het land in noodzakelijk.
Om een door God gewilde plek voor het klooster te vinden gebruikten ze een bij de Friezen geliefde methode: volgens een latere legende werden twee koeien voor een wagen gespannen waarop een Mariabeeld werd geplaatst. De volgende morgen werden de dieren met hun vracht teruggevonden in een graanveld. Abt Sybodus liet het graan afmaaien en de fundamenten van de nieuwe abdij werden gelegd.
In de volgende eeuwen werd voortdurend aan het klooster gebouwd. In haar bloeitijd woonden en werkten in en vanuit de abdij 600 mensen In de late Middeleeuwen zei men dat het met zijn gebouwen, bomen en wallen leek op een stad.
Als Praemonstratenser klooster had het vele parochies die vanuit het klooster door priesters bediend werden: Lutkewierum, Oosterzee, Berlikum, Sexbierum, Spannum, Winsum, Tzummarum, Menaldum, Bozum, Welsrijp, Bajum, Huins, Baard, Oosterlittens, Britswerd en Hoorn op Terschelling. De 'Witheren' van Mariadal hadden grote invloed op het geestelijk leven van Westergo. Dochterklooster van Lidlum was het vrouwenklooster Michaelsberg bij Winsum en Vinea Domini bij Pingjum.
In de late middeleeuwen speelde het klooster een rol in de partijstrijd die Friesland verdeelde. De Witheren die van vrije handel hielden gaven hun naam aan de 'Vetkopers'. De economisch conservatievere Cisterciënzers of Schiere monniken gaven hun naam aan de 'Schieringers'. Lidlum voerde hevige strijd met de Roorda's van Tzummarum, met de Sjaardema's van Franeker en zelfs met de schiere monniken van Bloemkamp.
Dieptepunt in de geschiedenis van het klooster was de moord op Abt Eelco van Liauckema op de Uithof in Boksum op 22 maart 1332. Eelco protesteerde tegen het zuipen en vlees eten in de heilige vastentijd door de broeders. De mannen konden deze 'bekrompen' kritiek niet verdragen en sloegen hun geestelijke vader met een knuppel dood. Geen varkenshaasjes maar witte rozen kwamen uit de mouwen van zijn pij tevoorschijn.
Eelco werd in het lekengedeelte van de kerk begraven en als martelaar vereerd. Als zalige Eelco van Liauckema komt hij nog steeds voor in de heiligenkalender van de Orde van Premonstreit. In 1572 plunderden de geuzen het klooster en de Spanjaarden gebruikten het als Kazerne. In 1580 werd Mariadal volkomen verwoest. Enkele boerderijen en het steengruis in de grond herinneren aan de oude abdij. Sedert een aantal jaren staan in Klooster Lidlum de gebouwen van een groothandel in akkerbouwproducten. Een bedrijvigheid die geenszins in strijd is met de wereldlijke activiteiten van de Vetkoperse Witheren.
Bron: www.jabikspaad.nl